Regering mocht zondagsopening van winkels in Westland opnieuw verbieden
De gemeenteraad kwam tegen het regeringsbesluit in beroep bij de Raad van State, omdat hij vindt dat de gemeente wel toeristische aantrekkingskracht heeft. Bovendien zouden op grond van de Winkeltijdenwet geen beperkingen kunnen worden gesteld aan de zondagsopenstelling van winkels. Dit is in strijd met de Europese Dienstenrichtlijn, aldus de gemeenteraad.
De Raad van State is van oordeel dat de gemeente Westland 'weliswaar een bepaalde ambitie heeft' op het gebied van toerisme, maar dat de gemeenteraad niet aannemelijk heeft gemaakt dat de gemeente daadwerkelijk toeristische aantrekkingskracht heeft om zondagsopening van winkels toe te staan. Daarom mocht de regering het gemeenteraadsbesluit vernietigen, aldus de hoogste bestuursrechter. Verder is de Europese Dienstenrichtlijn naar het oordeel van de Raad van State niet van toepassing op de Winkeltijdenwet, omdat deze wet geen betrekking heeft op 'diensten'.
In de Grondwet is bepaald dat de regering alleen een besluit van een provincie of gemeente mag vernietigen als dat 'in strijd is met het recht of het algemeen belang'. De fracties in de gemeenteraad van Westland die het niet eens zijn met de zondagsopenstelling, hadden de regering verzocht om het besluit van de gemeenteraad te vernietigen.
Dit is niet de eerste keer dat de Raad van State een uitspraak doet over de zondagsopening in Westland. In maart 2011 oordeelde de Raad van State dat de regering een eerder besluit van de gemeenteraad van oktober 2009 over de zondagsopening van winkels, mocht vernietigen.
Tegen de uitspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk.
Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 201105171/1.