Nbw-vergunningen voor elektriciteitscentrale RWE in Eemshaven vernietigd

Gepubliceerd op 24 augustus 2011

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de vergunningen vernietigd die op grond van de Natuurbeschermingswet aan RWE Power AG waren verleend voor een kolengestookte elektriciteitscentrale in de Eemshaven. Dit blijkt uit een uitspraak van vandaag (24 augustus 2011). Het gaat om vergunningen die de toenmalige minister van LNV en de colleges van gedeputeerde staten van Fryslân en Groningen in 2008 hadden verleend. Naar het oordeel van de Raad van State was de zogenoemde 'passende beoordeling' van de mogelijke nadelige gevolgen van beide vergunningen voor de nabijgelegen beschermde natuurgebieden onvolledig. Omdat voor eventueel nieuwe vergunningen ook een nieuwe aanvraag noodzakelijk is, heeft de Raad van State zelf nu de bestaande vergunningen geweigerd. Greenpeace Nederland, de Mobilisation for the Environment en de Stichting Natuur en Milieu hadden tegen de vergunningen beroep ingesteld. Tegen de uitspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk.

Om de centrale te kunnen bouwen en in werking te hebben, is uitbreiding van de Eemshaven nodig. Energiebedrijf RWE wil een koelwaterinlaat en een laad- en losplaats in deze havenuitbreiding aanleggen. De Raad van State is van oordeel dat de bouw en exploitatie van de kolencentrale en de uitbreiding en verdieping van de Eemshaven 'zodanig met elkaar zijn verbonden dat deze als één project voor de beoordeling van de vergunningplicht op grond van de Natuurbeschermingswet moeten worden gezien'. Daarom hadden de minister en de provinciebesturen van de hoogste bestuursrechter onderzoek moeten doen naar de gevolgen die de centrale samen met de uitbreiding en verdieping van de Eemshaven kan hebben voor de beschermde natuurgebieden, waaronder de Waddenzee, de Noordzeekustzone, en de duinen van de Waddeneilanden. De verdieping van de vaargeul in de Waddenzee is naar het oordeel van de Raad van State niet zodanig met de bouw en exploitatie van de centrale verbonden, dat deze ook had moeten worden meegenomen in de beoordeling van de vergunningplicht.

Uit de uitspraak van vandaag blijkt eveneens dat de minister en de provinciebesturen bij eventuele nieuwe vergunningen beter moeten onderzoeken wat de gevolgen zijn van de uitstoot van stikstof voor een aantal Duitse Waddeneilanden. Voor de Nederlandse Waddeneilanden was dit wel goed onderzocht. Ook zullen zij beter moeten motiveren waarom de koelwaterlozingen niet schadelijk zijn voor enkele vissoorten in het gebied. Verder zullen de minister en de provinciebesturen beter moeten motiveren waarom volgens hen het energiebedrijf kan voldoen aan de eis dat op de grens van het beschermde natuurgebied de Waddenzee geen licht afkomstig van de kolencentrale zichtbaar is.

Met het oog op eventuele nieuwe vergunningen waarbij naar verwachting dezelfde onderwerpen aan de orde zullen komen, is van belang dat de Raad van State vandaag ook een groot aantal bezwaren ongegrond heeft verklaard.

De Raad van State heeft vandaag ook uitspraak gedaan in de zaak over het tracébesluit voor de verruiming van de vaargeul van de vaarweg Eemshaven-Noordzee.

Over de milieuvergunning die het provinciebestuur van Groningen heeft verleend aan RWE voor de kolengestookte elektriciteitscentrale in de Eemshaven, loopt nog een juridische procedure bij de Raad van State. In mei van dit jaar heeft het Hof van Justitie in Luxemburg antwoord gegeven op een aantal zogenoemde prejudiciële vragen die de Raad van State in die zaak aan het Hof had gesteld. Daarna heeft de Raad van State de behandeling van de zaken voortgezet en zal de Raad van State op 5 september a.s. een tweede rechtszitting houden in deze zaak, waarna een definitieve uitspraak volgt.

NUON heeft in april van dit jaar aangekondigd voorlopig te stoppen met de bouw van het kolengestookte deel van haar elektriciteitscentrale in de Eemshaven in Groningen.

Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummers 200900425/1 en 200902744/1 (Natuurbeschermingswetvergunningen RWE).

Lees hier het persbericht bij de uitspraak met zaaknummer 201000106/1 (tracébesluit verruiming vaargeul).