OPTA mag bedrijfsnamen overtreders op website publiceren
De beboete bedrijven vonden dat met de publicatie van hun bedrijfsnamen vooruitgelopen werd op een rechterlijk oordeel over de rechtmatigheid van de boete. Ook zouden zij door het bekend worden van hun bedrijfsnamen schade lijden en zouden potentiële klanten worden afgeschrikt.
De Raad van State is van oordeel dat van een onevenredige benadeling van de bedrijven sprake zou kunnen zijn als de rechter het boetebesluit uiteindelijk niet in stand laat en de bedrijven dus onterecht als overtreder op de website zijn gepubliceerd. Of hiervan sprake is, hangt af van een oordeel over de rechtmatigheid van het boetebesluit. In afwachting van een definitieve uitspraak hebben de bedrijven de mogelijkheid om aan de rechter die over het boetebesluit oordeelt, te vragen het boetebesluit voorlopig niet openbaar te maken. Die rechter is in eerste instantie de rechtbank in Rotterdam en in hoger beroep het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Maar omdat de bedrijven in deze procedure zo'n voorlopige voorziening niet aan de rechter hebben gevraagd, weegt het belang van het onverkort openbaar maken van het boetebesluit in dit geval zwaarder dan het belang van de bedrijven om geen onevenredig nadeel te lijden als gevolg van de publicatie, aldus de Raad van State.
Openbaarmaking van de bedrijfsnamen in een boetebesluit nadat de boete is opgelegd, dient volgens OPTA een groot, publiek belang. Het zou de betrokken bedrijven ervan weerhouden om weer in de fout te gaan, potentiële overtreders afschrikken en de consumentenbelangen beschermen.
De rechtbank in Amsterdam oordeelde in januari 2010 nog dat de bedrijven mogelijk ernstige en onherstelbare schade lijden bij openbaarmaking van hun naam, zeker wanneer de rechter nog niet definitief geoordeeld heeft of de boete terecht is opgelegd. Het hoger beroep dat OPTA tegen deze uitspraak had ingesteld, heeft de Raad van State nu gegrond verklaard.
Tegen de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk.
Lees hier de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 201002051/1.
Vertegenwoordigers van de media kunnen voor meer informatie contact opnemen met afdeling persvoorlichting van de Raad van State: 070 - 426 45 20.