Nieuwe invulling voor Haarlemse Raaksgebied grotendeels in stand gelaten

Gepubliceerd op 19 januari 2005

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van vandaag (19 januari 2005) de goedkeuring die het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland in oktober 2003 heeft verleend aan het uitwerkingsplan “Raaks” van de gemeente Haarlem, grotendeels in stand gelaten. Op onderdelen heeft de Raad van State het besluit van de provincie vernietigd en aan enkele van deze onderdelen alsnog goedkeuring onthouden.

Het uitwerkingsplan heeft betrekking op het zogenoemde Raaksgebied in Haarlem dat deel uitmaakt van het aangewezen beschermde stadsgezicht. De gemeente wil met onder meer ondergrondse parkeergarages, woningen, kantoren, winkels en recreatieve voorzieningen een nieuwe invulling van het gebied mogelijk maken. Er zijn bezwaren tegen het plan, omdat de gemeente hierin geen plaats meer ziet voor een aantal gebouwen, zoals de voormalige HBS-A, de voormalige Mulo en de Hoeksteenkerk, die cultuurhistorische waarden vertegenwoordigen of als karakteristiek worden aangemerkt. De Raad van State oordeelt in zijn uitspraak van vandaag dat de provincie en de gemeente alles overwegende het belang van het behoud van de gebouwen ondergeschikt heeft kunnen achten aan het belang bij het voorzien in een nieuwe invulling van het gebied. Tussen bezwaarmakers, gemeente en provincie staat niet ter discussie dat een nieuwe invulling van het Raaksgebied nodig is.

Diverse wijzen van invulling zijn aan de orde geweest. De instandhouding van de gebouwen is in het besluitvormingsproces naar het oordeel van de Raad van State voldoende bezien, maar uiteindelijk is gekozen voor een planopzet waarin de gebouwen niet worden behouden. De provincie heeft zich naar het oordeel van de Raad van State in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat het behoud van de gebouwen de mogelijkheden tot planuitvoering aanzienlijk zou beperken. Wel heeft de Raad van State alsnog goedkeuring onthouden aan de wijze waarop in het uitwerkingsplan functionele invulling is gegeven aan zes van de negen bouwblokken.

De gemeente heeft in het plan bepaald dat in het gehele plangebied moet worden voldaan aan de maximale aantallen vloeroppervlak voor winkels en overige functies, waaronder kantoren. De regeling in het plan biedt volgens de Raad van State voor (toekomstige) gebruikers en eigenaren in het gebied onvoldoende duidelijkheid en waarborgen. Ook is goedkeuring onthouden aan het in het plan opgenomen maximum aantal bouwlagen voor een bouwblok voor woningen aan de Gedempte Voldersgracht en aan de mogelijkheid die het college van B&W zichzelf had gegeven om vrijstelling te verlenen van de voorschriften voor de bouw van een gebouw voor de ontsluiting van de ondergrondse parkeergarage.

Tenslotte heeft de Raad van State geoordeeld dat de provincie niet goed heeft gemotiveerd waarom zij instemt met de doorbreking van de hoek Drossestraat/Gedempte Oude Gracht, ondanks een negatief advies van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Tegen de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de hoogste algemene bestuursrechter van het land, is geen beroep mogelijk.

Klik hier voor de volledige tekst van de uitspraak met zaaknummer 200308242/1.