Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995.


Volledige tekst

Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995.

Bij Kabinetsmissive van 3 oktober 2000, no.00.005500, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Verkeer en Waterstaat, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende wijziging van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995.

De wijziging van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995 (hierna: het Reglement) behelst het invoegen van een nieuw hoofdstuk 8a dat in hoofdzaak technische voorschriften bevat met betrekking tot de uitstoot van schadelijke gassen en luchtverontreinigende deeltjes door dieselmotoren. Het betreft de implementatie van een tweetal resoluties van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) van 11 mei 2000.(zie noot 1)
De Raad van State acht de gevolgde wetgevingstechniek niet juist. Hij adviseert daarom het ontwerpbesluit te herzien.

1. Artikel I, onder A, voorziet in de wijziging van het Reglement.
Het spreekt voor zich dat het ontwerpbesluit het Reglement, dat wordt vastgesteld door de CCR niet vermag te wijzigen. Bedoeld zal zijn het Besluit Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995 (hierna: het Besluit) te wijzigen. In het Besluit is er immers voor gekozen om het Reglement in Nederland van kracht te verklaren door het Reglement als bijlage bij het Besluit te voegen. Voor het overige bevat het Besluit, kort gezegd, bepalingen ter implementatie van het Reglement. Gegeven deze systematiek ligt het in de rede dat de wijziging van het Reglement ook thans wordt "vertaald" in de wijziging van de bijlage bij het Besluit. Dit betekent dat het nieuwe hoofdstuk 8a van het Reglement aan de bijlage dient te worden toegevoegd. Ook dienen in de bijlage andere wijzigingen van het Reglement die samenhangen met hoofdstuk 8a te worden opgenomen. Waar uit een oogpunt van implementatie nodig, dient ook het Besluit zelf te worden gewijzigd (vergelijk bijvoorbeeld artikel 5).
Gelet op het vorenstaande adviseert de Raad het ontwerpbesluit te herzien. In dat verband zal ook de nota van toelichting aangepast moeten worden.

2. De Raad wijst er op dat ingevolge de artikelen 93 en 95 van de Grondwet juncto artikel 16 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen de Protocollen van de CCR - naast de weg van bekendmaking via het besluit - dienen te worden bekendgemaakt door publicatie in het Tractatenblad.

De Raad van State heeft mitsdien blijkens het vorenstaande bezwaar tegen de opzet van het ontwerpbesluit en geeft U in overweging niet aldus te besluiten.

De Vice-President van de Raad van State



Nader rapport (reactie op het advies) van 5 april 2001


1. Naar de mening van ondergetekende is bij de opzet van het ontwerpbesluit terecht gekozen voor de systematiek van wijziging van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995 (ROSR 1995) zelf en niet voor de systematiek van wijziging van het Besluit Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995 (Besluit ROSR 1995) met bijlage. Immers, het ROSR 1995 is een krachtens de Herziene Rijnvaartakte door de CCR vastgesteld reglement dat in alle Rijnoeverstaten gelijkelijk werkt en kan niet worden gezien als slechts een bijlage bij het Besluit ROSR 1995. Om die reden is ook in artikel 1 van het Besluit ROSR 1995 de passage opgenomen: " ... en dat kan worden aangehaald als: Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995".
Ondergetekende vindt voor deze zienswijze steun in het arrest van de Hoge Raad van 4 mei 1954, NJ. 382. Van deze systematiek is uitgegaan bij de vaststelling van het Besluit ROSR 1995 en van het ROSR 1995 zelf en bij de wijzigingen van het ROSR 1995 die na 1995 hebben plaatsgevonden. Geconstateerd moet echter worden, dat in vorenbedoelde wijzigingen de volgende formulering is gehanteerd: "Het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995, zoals dit voor de Rijn in Nederland met inbegrip van de Waal en de Lek van kracht is verklaard bij het Besluit Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995, wordt gewijzigd als volgt: ". Naar de mening van ondergetekende verdient het, gelet op de consistentie, aanbeveling bij de onderhavige wijziging deze formulering te blijven volgen. Het Besluit ROSR 1995 zelf behoeft niet te worden gewijzigd, mede aangezien het ingevoegde hoofdstuk 8a automatisch valt binnen de opsomming "van de hoofdstukken 3 tot en met 22". Het ontwerpbesluit en de nota van toelichting zijn in deze zin aangepast.

2. Overeenkomstig Ar 194, Aanwijzing voor de regelgeving, is in het slotformulier opgenomen, dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. Hiermee zal worden voldaan aan artikel 93 van de Grondwet. Op grond van artikel 95 van de Grondwet juncto artikel 16 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen worden wijzigingen van de Herziene Rijnvaartakte gepubliceerd in het Tractatenblad. De Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen bevat inderdaad de verplichting om besluiten van volkenrechtelijke organisaties in het Tractatenblad bekend te maken. Wat de Protocollen van de CCR betreft zal op grond van artikel 20, derde lid, van de Rijkswet de bekendmaking in het vervolg kunnen geschieden met de mededeling in het Tractatenblad, dat de Protocollen ter inzage zijn gelegd bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, gelet op het feit, dat het hier een internationale regeling betreft met zeer veel technische details.

Ik moge U hierbij het gewijzigde ontwerpbesluit en de gewijzigde nota van toelichting doen toekomen en U verzoeken overeenkomstig dit ontwerp te besluiten.

De Minister van Verkeer en Waterstaat



(1)Protocollen 2000-1-19 en 2000-1-24.