Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende beperking van de eisen van handelskennis en vakbekwaamheid, bedoeld in de Vestigingswet Bedrijven 1954, tot die eisen die strikt noodzakelijk zijn vanwege hun beschermend effect op de veiligheid, de gezondheid of het milieu (Vestigingsbesluit bedrijven).


Volledige tekst

Ontwerpbesluit met nota van toelichting houdende beperking van de eisen van handelskennis en vakbekwaamheid, bedoeld in de Vestigingswet Bedrijven 1954, tot die eisen die strikt noodzakelijk zijn vanwege hun beschermend effect op de veiligheid, de gezondheid of het milieu (Vestigingsbesluit bedrijven).

Bij Kabinetsmissive van 18 september 2000, no.00.005214, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Economische Zaken, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het ontwerpbesluit met nota van toelichting, houdende beperking van de eisen van handelskennis en vakbekwaamheid, bedoeld in de Vestigingswet Bedrijven 1954, tot die eisen die strikt noodzakelijk zijn vanwege hun beschermend effect op de veiligheid, de gezondheid of het milieu (Vestigingsbesluit bedrijven).


Het ontwerpbesluit vloeit voort uit een evaluatie van de vestigingswetgeving, waarbij is geconstateerd dat een vereenvoudiging, zelfs algehele intrekking daarvan voor een aanzienlijke groei van nieuwe ondernemingen zal zorgen en geen ongewenste neveneffecten zal hebben. In afwachting van de regeling van handels- en vakbekwaamheidseisen op het punt van veiligheid, gezondheid en milieu in andere wetgeving, is besloten die onderwerpen voorlopig nog in het kader van vestigingswetgeving te regelen. Met het ontwerpbesluit wordt het bestaande Vestigingsbesluit bedrijven door een op deze onderwerpen toegespitste regeling vervangen. Uit paragraaf 3 van de nota van toelichting kan worden opgemaakt dat door het kabinet en de Tweede Kamer der Staten-Generaal de intrekking van de gehele vestigingswetgeving wordt overwogen. In ieder geval wordt ervan uitgegaan dat het vestigingsbesluit in de voorgestelde afgeslankte vorm uiterlijk vijf jaar zal gelden. Dit geeft de Raad van State aanleiding het volgende over het ontwerpbesluit op te merken.


1. Het ontwerpbesluit lijkt een sluitstuk in de vestigingswetgeving te zijn. De verdere ontwikkeling van de uit oogpunt van veiligheid, gezondheid en milieu aan de vestiging van een bedrijf te stellen opleidingseisen naar voor de bedrijfsvoering geldende opleidingseisen wordt in komende wetgeving neergelegd. De Raad acht het van belang thans reeds in de toelichting te indiceren aan welke wetgeving wordt gedacht en welke rol het (georganiseerde) bedrijfsleven daarbij heeft.


2. De in de artikelen 10 tot en met 16 gestelde eisen met betrekking tot de bescherming van de veiligheid, de gezondheid en milieu dienen op hun betekenis in de overgangsfase te worden bezien. In dat verband wijst de Raad erop dat niet alle bestaande eisen die (mede) op die aspecten betrekking hebben in stand zijn gebleven. In artikel 14 is voor de uitoefening van het elektrotechnisch installatiebedrijf niet de eis gehandhaafd van kennis van de meest gebruikte materialen, instrumenten, toestellen en apparaten, en van de constructie, werking en toepassing daarvan (nu opgenomen in artikel 16, aanhef en onder b). Voorts is in artikel 15 voor het slagersbedrijf de eis geschrapt dat de beheerder kennis moet hebben van slachtdieren, vlees, vleeswaren en andere vleesproducten (nu gesteld in artikel 17, aanhef en onder a). Verder verdwijnen in artikel 16 de voor de uitoefening van het bakkersbedrijf geldende eisen van kennis met betrekking tot gebruikte grondstoffen en verpakkingsmaterialen, kennis van afwerkingsmethoden van producten en inzicht in productieprocessen, met inbegrip van geautomatiseerde deelprocessen (nu gesteld in artikel 18, aanhef en onder a, c en e). In ieder geval zal in de nota van toelichting moeten worden uiteengezet waarom deze vestigingseisen kunnen vervallen en worden aangegeven hoe dit zich verhoudt tot de toekomstige wetgeving waarin op de bedrijfsvoering gerichte opleidingseisen met betrekking tot veiligheid, gezondheid en milieu zullen worden gesteld. Meer in het algemeen adviseert de Raad het ontwerpbesluit op zijn verhouding tot die toekomstige opleidingseisen te bezien.


3. Nu de eisen van handelskennis en vakbekwaamheid worden beperkt tot de aspecten van de veiligheid, de gezondheid of het milieu en niet meer betrekking hebben op algemene ondernemersvaardigheden, ligt het naar de mening van het college niet langer in de rede dat de Sociaal-Economische Raad een verklaring als bewijsstuk blijf