Samenvatting advies over Wet leeruitkomsten hoger onderwijs

Gepubliceerd op 30 mei 2022

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft op 25 mei 2022 advies uitgebracht over het wetsvoorstel over leeruitkomsten hoger onderwijs. De Afdeling advisering heeft het advies op 30 mei 2022 openbaar gemaakt en gepubliceerd.

Doel van het wetsvoorstel

Met dit wetsvoorstel wil de regering meer ruimte creëren voor studenten om een gepersonaliseerde leerroute binnen de opleiding te kunnen ontwikkelen (flexibel onderwijs). In 2016 is het experiment ‘leeruitkomsten’ gestart. Het experiment maakt vraaggericht deeltijds en duaal hoger beroepsonderwijs mogelijk. In het experiment hoeft de student niet langer een vooraf bepaald onderwijsprogramma te volgen, maar kan hij een persoonlijke leerroute formuleren en bijvoorbeeld in zijn beroep opgedane ervaring als ‘leeruitkomst’ inbrengen. Het wetsvoorstel legt het experiment vast in de wet en maakt bovendien het werken met leeruitkomsten mogelijk voor het gehele hoger onderwijs.

Wetsvoorstel is prematuur

De Afdeling advisering constateert dat de deelnemende hogescholen het experiment enthousiast hebben opgepakt, maar ook dat de evaluatie te vroeg is gehouden om uitspraken te kunnen doen over de belangrijkste evaluatiecriteria, te weten het aantal afgestudeerden en het gerealiseerde eindniveau. Omdat het experiment nog niet is voltooid, heeft de Afdeling advisering bedenkingen bij het nu direct al invoeren van trajecten gebaseerd op leeruitkomsten in het voltijds hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs. Zij adviseert daarom het wetsvoorstel te beperken tot het vastleggen van het experiment leeruitkomsten voor het deeltijds en duaal hoger beroepsonderwijs. Nadat het wetsvoorstel is ingediend, kan de minister het experiment voor de deelnemende hogescholen verlengen en alsnog een eindevaluatie uitvoeren. In een volgende fase kan dan naar het gehele hoger onderwijs worden uitgebreid.

Kwaliteitswaarborgen

Een opleiding bestaat uit zogenoemde onderwijseenheden. In het wetsvoorstel wordt het begrip onderwijseenheid uitgebreid met de term ‘eenheid van leeruitkomsten’. Hierdoor verdwijnt het strikte onderscheid tussen reguliere opleidingen met ‘geprogrammeerde’ onderwijseenheden en opleidingen met een persoonlijke leerroute (leeruitkomsten). Er kunnen ook mengvormen voorkomen. De Afdeling advisering betwijfelt of daarmee nog sprake is van een en dezelfde opleiding. Dit heeft ook gevolgen voor de consistentie van het begrippenkader in de wet, het proces van accreditatie van opleidingen en voor de positie en verantwoordelijkheid van de examencommissie. Zij adviseert de regering daarom in meer kwaliteitswaarborgen te voorzien, door bijvoorbeeld een bepaald gedeelte van iedere opleiding uniform te houden. Uitgangspunt daarbij zou moeten zijn dat het leerwegonafhankelijke onderwijs een ander type onderwijs in het leven roept. De Afdeling advisering adviseert om dit duidelijker tot uitdrukking te brengen in de wet. Verder zou op diploma’s en certificaten de leerwegonafhankelijke wijze van totstandkoming van het resultaat kenbaar moeten zijn.

Uitvoerbaarheid

De invoering van eenheden van leeruitkomsten vraagt van docenten een andere rol dan in het traditionele onderwijs gebruikelijk is. De Afdeling advisering adviseert de regering in de toelichting nader in te gaan op de gevolgen van de veranderopgave voor docenten, inzicht te geven in de kosten van de transitie en in de kaders voor de financiële stromen door de invoering van onderwijs op basis van leeruitkomsten.


Lees hier de volledige tekst van het advies van de Afdeling advisering.