Samenvatting advies voorstel Tijdelijke wet notificatieapp covid-19

Gepubliceerd op 21 augustus 2020

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft op 19 augustus 2020 advies uitgebracht over het wetsvoorstel Tijdelijke wet notificatieapp covid-19. Het wetsvoorstel is bij de Tweede Kamer ingediend. Daarmee is ook het advies van de Afdeling advisering openbaar geworden.

Inhoud van het wetsvoorstel

Het wetsvoorstel is een tijdelijke wet waarin de ‘notificatieapplicatie’ wordt geregeld, ook wel de corona-app of ‘CoronaMelder’ genoemd. Deze app zal worden gebruikt voor de bron- en contactopsporing van de GGD. Het wetsvoorstel regelt de gegevensverwerking die samenhangt met de app. Daarnaast verbiedt het wetsvoorstel om iemand te verplichten de app te gebruiken.

Hoe werkt de app?

Als de gebruiker de app installeert op een smartphone, herkent de app andere gebruikers door middel van bluetooth. Als de (smartphone van de) gebruiker van de app ten minste vijftien minuten bij een andere (smartphone van een) gebruiker van de app in de buurt is (geweest), wordt een versleutelde code uitgewisseld tussen de gebruikers. Op het moment dat een gebruiker positief test op het coronavirus, kan de gebruiker dit vrijwillig en met hulp van de GGD aangeven in de app. Daarna checkt de app met welke andere app-gebruikers deze codes zijn uitgewisseld in de afgelopen veertien dagen en of er risicovol contact is geweest. Vervolgens ontvangen deze gebruikers in de app een melding met een advies, bijvoorbeeld om zich te laten testen en thuis te blijven.

Noodzaak van een wet

Strikt genomen is een wet niet nodig om de app vrijwillig te gebruiken, maar het is wel wenselijk, aldus de Afdeling advisering. Een wet geeft namelijk zekerheid over de inzet van de app en de verwerking van persoonsgegevens. Dat draagt bij aan de effectieve werking van de bron- en contactopsporing. Ook kan een wet het tegengaan van misbruik beter waarborgen. In dit wetsvoorstel is daarvoor een antimisbruikbepaling opgenomen die het vrijwillige karakter van het gebruik van de app onderstreept.

Adviesopmerkingen

In het advies maakt de Afdeling advisering verder een aantal specifieke opmerkingen waarmee de regering rekening moet houden voordat zij het voorstel bij de Tweede Kamer indient. Deze opmerkingen gaan over gegevensbescherming, verwerkingsverantwoordelijkheid en de rol van het parlement.

Gegevensbescherming

Zo moet de regering het doel in de wet nog specifieker formuleren en moet zij in het wetsvoorstel vastleggen dat de persoonsgegevens niet voor een ander doel mogen worden gebruikt. Ook adviseert zij om delen van de zogenoemde gegevensbeschermingseffectbeoordeling (DPIA) over de verwerking van bijzondere persoonsgegevens door de GGD in de memorie van toelichting te verwerken. Google en Apple hebben verzekerd dat via de Android en iOS-software op smartphones op geen enkele wijze persoonsgegevens worden bewaard en bewerkt. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) moet beter toelichten hoe deze verzekering is geborgd.

Verwerkingsverantwoordelijkheid

Vanwege de gegevensverwerking door de GGD ligt het volgens de Afdeling advisering voor de hand om de GGD aan te merken als verwerkingsverantwoordelijke op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). Het is onduidelijk waarom het wetsvoorstel ook de minister van VWS als verwerkingsverantwoordelijke vermeldt. Dit moet de regering verder toelichten. Als de regering ervoor kiest om de GGD als verwerkingsverantwoordelijke aan te merken, zal zij die verwerkingsverantwoordelijkheid moeten verduidelijken. Als de verwerkingsverantwoordelijkheid blijft zoals het nu is geregeld, raadt de Afdeling advisering aan om delen van de onderlinge regeling tussen de minister van VWS en de GGD in de toelichting op te nemen. Verder moet de regering verduidelijken wanneer gebruikers van de app hun rechten op grond van de AVG kunnen uitoefenen.

Betrokkenheid van het parlement

Het parlement stelt de wet vast en ook bij een verlenging van deze (tijdelijke) wet is geregeld dat het parlement zich daarover uit kan spreken. Het wetsvoorstel regelt echter niet dat als (een deel van) de wet eerder wordt ingetrokken, dit ook aan het parlement wordt voorgelegd. De Afdeling advisering vindt dit niet gewenst: ook bij het intrekken van (een deel van) de wet moeten verschillende belangen worden afgewogen. Dat is een taak voor het parlement.

Andere Europese ‘corona-apps’

Er komt een technische oplossing zodat de app de codes van besmette Europese gebruikers kan ophalen, en andersom. Deze interoperabiliteit is er alleen met landen die eenzelfde soort app hebben ontwikkeld. Het uitwisselen met andere Europese apps kan alleen met toestemming van de app-gebruiker. De Afdeling adviseert de grondslag voor deze toestemming in de wet zelf op te nemen.


W13.20. 0254 Coronamelder

Lees hier de volledige tekst van het advies van de Afdeling advisering over het wetsvoorstel voor de notificatieapp covid-19.